- Ontwikkeld door de branche voor de kinderopvang (FCB).
- Alleen de versie op
ervaringscertificaat.nl
is geldig.
- Er zijn aanvullende bepalingen van toepassing.
- Een EVC-traject op basis van de branchestandaard leidt tot een branchecertificaat dat bij FCB moet worden aangevraagd.
- Een EVC-traject op basis van de (identieke) onderwijsstandaard leidt tot vrijstellingen bij een onderwijsinstelling.
Zolang de BOC-beoordeling als extra 'serviceonderdeel' is opgenomen op een ervaringscertificaat dat primair is gericht op een vakinhoudelijke standaard, beschouwen we de BOC-beoordeling als niet relevant voor ons toezicht. Wij kijken dan dus niet naar de versie (oud of huidig), herleidbare onderdelen en onderbouwing. Dit is dus van toepassing als in het ervaringscertificaat een crebo-, croho-, beroeps- of branchestandaard wordt genoemd waartegen een kandidaat is gemeten en het ervaringscertificaat alleen onder deze standaard (en dus niet de BOC) wordt geregistreerd in het Register Ervaringscertificaten bij het Nationaal Kenniscentrum EVC.
Op het moment dat een EVC-traject juist is gericht op een BOC-beoordeling en als zodanig ook tot een BOC-registratie leidt, dan geldt de huidige nieuwe versie zoals opgenomen op ervaringscertificaat.nl. In het ervaringscertificaat moeten dan alle onderdelen worden benoemd én vindt de onderbouwing plaats volgens de abc-formule uit de Schrijfwijzer.
Zie ook #23 WAT ZIJN DE REGELS ROND COMPETENTIEBEWIJZEN?
Zie ook #14 WAT ZIJN DE NIEUWE VAKBEKWAAMHEIDSBEWIJZEN EN COMPETENTIEBEWIJZEN?
Op 8 oktober 2021 heeft het Ministerie van OCW aangegeven dat het Vakbekwaamheidsbewijs voor de Arbeidsmarktroute niet (meer) mag worden uitgegeven voor EVC-trajecten op basis van een onderwijsstandaard (crebo en/of croho). Het VBA is wél toegestaan bij onder meer de volgende beroeps- en branchestandaarden:
De ggz-agoog is een gespecialiseerde maatschappelijk werker, SPH-er of Social Worker. De branche heeft hiervan geen EVC-branchestandaard gemaakt. Daarom kan er ook geen formeel EVC-ervaringscertificaat op worden afgegeven. Volgens het
registratiereglement
kan met een EVC-traject op de bachelor Social work (B34116) wel een deel worden aangetoond. Daarna(ast) moet de kandidaat nog een kopstudie volgen bij een hogeschool. De EVC-aanbieder moet de kandidaat hier vooraf duidelijk over informeren.
Behalve de EVC Kwaliteitscode bevat ook het
EVC-convenant
tussen de Rijksoverheid en de Stichting van de Arbeid eisen waaraan een erkend EVC-aanbieder moet voldoen. Ten aanzien van kandidaten die hun ervaringscertificaat willen verzilveren is bepaald op p. 2:
"o aanbieders van validering op de arbeidsmarkt zorgen voor adequate voorlichting en informatie voorziening en verwijzen personen die als doel hebben in te stromen in een (verkort) opleidingstraject door naar een onderwijsinstelling;
o een ketenaanpak tussen EVC-aanbieders in de arbeidsmarktroute en onderwijsinstellingen in de onderwijsroute is hier van belang;"
De gezamenlijke EVC-aabieders hebben deze handelswijze bevestigd in hun
statement van februari 2019
, met daarin opgenomen als Bijlage 1 de Model Afsprakenkaart EVC: "In het Convenant EVC dat de Stichting van de Arbeid en de overheid (ministeries OCW, SZW en EZ) hebben afgesloten, is afgesproken dat individuen met een diplomawens door de EVC-aanbieder worden doorverwezen naar een onderwijsinstelling. Een EVC-aanbieder mag alleen een EVC procedure uitvoeren voor een individu met een diplomawens, indien de EVC-aanbieder met betrekking tot de betreffende onderwijsstandaard (crebo/croho) aantoonbare afspraken heeft met een onderwijsinstelling/examencommissie van de opleiding over het gehele traject tot en met diploma."
Dit betekent concreet:
1. Een EVC-aanbieder die deelnemers met een diplomawens in traject willen nemen, beschikken voor alle standaarden over geformaliseerde afspreken met verzilverende instellingen.
2. Een EVC-Aanbieder zonder geformaliseerde afsprekenstuurt een deelnemer met een diplomawens door te sturen naar een onderwijsinstelling of andere EVC-aanbieder die wel geformaliseerde afspraken heeft.
3. Een EVC-aanbieder die niet over ketenafspraken beschikt moet hier open en transparant in zijn.
4. Scalda heeft aan het Nationaal Kenniscentrum EVC te kennen gegeven ervaringsscertificaten van erkende EVC-aanbieders in behandeling te willen nemen. EVC-Aanbieders die nog geen ketenafspraken hebben kunnen met hen contact opnemen.
Het STAP-budget is een tegemoetkoming van maximaal € 1.000,- per jaar. Dit is bedoeld voor alle werkenden en niet-werkenden. Het wordt per 1 januari 2022 ingevoerd. DUO gaat een zogeheten scholingsregister opzetten. Daarin staan alle aanbieders van opleidingen en andere ontwikkeltrajecten die zijn goedgekeurd. Het Register van Erkende EVC-aanbieders wordt rechtstreeks gekoppeld aan dit scholingsregister. Daardoor komen EVC-trajecten in aanmerking voor vergoeding vanuit het STAP-budget. Het UWV gebruikt het scholingsregister om een (deel van het) budget dat is toegekend aan een persoon uit te keren de erkende EVC-Aanbieder of een erkende opleider.
Een crebo bestaat in de kern uit:
Is een kandidaat niet geïnteresseerd in verzilvering dan hoeft hij de keuzedelen dus niet aantoonbaar te maken. Het toekennen van het vakbekwaamheidsbewijs is daar ook niet van afhankelijk. Ook zonder keuzedelen kan een vakbekwaamheidsbewijs worden toegekend of kan een evc-procedure worden afgerond.
Voor het uitvoeren van EVC-trajecten op deze standaarden zijn
aanvullende voorwaarden
(versie 1 mei 2101) van toepassing. De belangrijkste eisen zijn:
Assessoren
- gedetailleerd benoemen merk, model, bouwjaar, kilometerstand en brandstof van voertuigen in assessment
- extra aandacht voor begrijpend lezen, rekenen, IT en remsysteem
- speciaal format ervaringscertificaat voor de APK-keurmeester personenautotechniek, een speciaal format ervaringscertificaat voor de APK-keurmeester bedrijfsautotechniek, en een speciaal format ervaringscertificaat voor de APK-keurmeester landbouwvoertuigen:
Format-EVC-Beroepsstandaard-APK-keurmeester-personenautotechniek-versie1-april-2018.pdf
Format-EVC-Beroepsstandaard-APK-keurmeester-bedrijfsautotechniek-versie1-april-2018.pdf
Beoordelende Organisatie
- onaangekondigde steekproef assessment
Overige
- APK 2 altijd in combinatie met de EVC-procedure voor eerste autotechnicus niveau 3, crebo 25244.
- APK 1 altijd in combinatie met de EVC-procedure voor eerste bedrijfsautotechnicus niveau 3, crebo 25245.
- APK 3 altijd in combinatie met de EVC-procedure voor allround monteur mobielevoertuigen niveau 3, crebo 25241.
Voor het uitvoeren van EVC-trajecten op deze standaarden zijn
aanvullende voorwaarden
van toepassing. De belangrijkste eisen zijn:
Assessoren
- één met aantoonbaar werkervaring in het werkveld
- één onderwijskundig expert
- beiden aanwezig bij het cgi
Beoordelende Organisatie
- onaangekondigde steekproef assessment
- rapportage van eerste EVC-procedure
Overige
- per deskundigheidsgebied ten minste één bewijs niet ouder dan één jaar
- per deskundigheidsgebied benoemt de kandidaat twee systeemtheorieën en methodieken
- de kandidaat toont aan hoe hij deze binnen het werk toepast
- dit moet herleidbaar in het ervaringscertificaat terug te vinden zijn
- kandidaat vult reflectie- of verantwoordingsformulier in
Assessoren
- drie jaar aantoonbare actuele werkervaring
- minimaal hetzelfde niveau
Beoordelende Organisatie
- onaangekondigde steekproef assessment
Overige
- 35% portfolio
- 5% 360° feedback
- 60% werkplekonderzoek en CGI
- InstallQ mag het Ervaringscertificaat en het bijhorende dossier opvragen bij de EVC-Aanbieder. Dit dient in de EVC-overeenkomst met de kandidaat te worden vastgelegd.
Deze informatie is geactualiseerd. Zie item 26 van deze Veelgestelde vragen.
Deze informatie is geactualiseerd. Zie item 26 van deze Veelgestelde vragen.
Nee. De onderwijsinstellingen hebben een verplichting om onderdelen zoals taal en rekenen zelf te toetsen. Een ervaringscertificaat levert in de term van ‘verzilvering’ mogelijk een vrijstelling op voor de inhoudelijke onderdelen van het curriculum, mits de EVC-aanbieder daartoe afspraken heeft met een examencommissie van bijvoorbeeld een ROC of hogeschool.
Een kwalificatiedossier omvat één of meerdere opleidingen ('kwalificaties' of 'standaarden') die slechts minimaal van elkaar verschillen. Een kwalificatiedossier zelf kan meerdere jaargangen of meerdere codes hebben, wat afhangt van de omvang van de aanpassingen in de onderliggende kwalificaties. Ook de onderliggende kwalificaties kunnen onder dezelfde naam meerdere crebo's hebben, of zelfs verschillende opleidingen betreffen die voor een heel groot deel overeenkomen. De EVC-erkenning wordt gegeven op het niveau van de kwalificatie, dus dat is ook de crebo die moet worden aangehouden.
Bron: Nationaal Kenniscentrum EVC, e-mail 11 november 2016.
Bron: Nationaal Kenniscentrum EVC, e-mail 11 november 2016.
Bron: Nationaal Kenniscentrum EVC, e-mail 11 november 2016.
Bron: OCW, brief 20 januari 2016.